Wat te doen met je paard als je een loslopende hond tegenkomt tijdens een buitenrit.

Wat te doen bij een loslopende hond tijdens je buitenrit? Je kent het wel, je bent aan het genieten van een ritje samen met je beste vriend in het rustige bos. Ineens vanuit het niets komt er een hond naar jullie toe gerend die je paard in zijn (achter)benen en/of staart hapt of jullie achterna jaagt. De eigenaar is van goede wil maar krijgt zijn hond niet teruggeroepen. Hoe los je dit op? Esther van Gogh van Handleidinghond legt uit.

Je bent bus een buitenrit aan het maken en je komt een loslopende hond tegen. Om te beginnen hebben de hond en het paard hun eigen natuurlijke reacties op elkaar, die vormen het uitgangspunt van deze training.
Een paard is prooidier, het eerste wat in jouw paard opkomt is dat hij weg wil van het gevaar. Hij zal dus zo snel mogelijk weg willen, dit is een automatische reactie van je paard. Het kan even duren voordat jij weer doordringt met jouw hulpen, je paard is op de vlucht.
Een hond is een roofdier en zijn eerste reactie is achter iets aan jagen wat wegrent.
Als jouw paard dus gaat rennen is de eerste reactie van de hond dus dat hij achter jullie aan komt. De hond is dan ook doof en blind voor commando’s van de eigenaar. Zowel paard en hond schieten vol adrenaline, vandaar de kracht waarmee hun reacties gepaard gaan.

!cid_part2_09090403_02040802@planet

Leer je paard om niet gelijk weg te rennen bij iets engs, maar train op een ontspannen reactie.

Schrikpatroon van je paard doorbreken
Van de automatische reacties van paard en hond word je als ruiter en ook als hondeneigenaar niet blij. De hond is niet van jou maar van iemand anders, daar doe je dus niet zoveel aan. Boos worden op de eigenaar van de hond gaat ook niet helpen, al is dat op het moment wel een automatische reactie van jou in jouw adrenalinepiek. Wat je wel kunt is je paard leren om eerst te kijken naar iets wat hij eng vindt, voordat hij besluit om om te draaien en weg te rennen. Als je paard gaat aarzelen of hij ergens wel langs wil dan laat je hem stilstaan, hij mag kijken naar het gevaarlijke maar niet omdraaien of wegrennen. Zelf zit je heel ontspannen op je paard en je hebt heel los teugelcontact. Op het moment dat jij gespannen zit ga je ook de teugels strak vastpakken, het signaal dat jij jouw paard daarmee geeft is dat er toch wel iets heel spannends aan de hand is. Als jij relaxed bent geef jij het signaal dat er in jouw ogen niks aan de hand is.
Op het moment dat je paard ontspant geef je hem rustig been en ga je, waarschijnlijk stapje voor stapje, langs het gevaar. Als je dit consequent toepast vervang je het patroon van wegrennen voor kijken wat er aan de hand is.

Wat doen in geval van een vreemde hond?
In het geval van gevaar in de vorm van een hond kun je het hoofd van het paard richting de hond draaien. De hond vindt dat niet leuk want die wil juist achter het paard aan, die doet zijn best jullie op te jagen. Op het moment dat je jouw paard steeds naar de hond draait is het spelletje voor de hond al een stuk minder leuk. Mijn paard vindt het nu een leuk spelletje om achter vreemde honden aan te gaan.. Met een beetje geluk druipt de hond zelf af of de hondeneigenaar heeft in ieder geval de kans om bij zijn hond te komen en hem even aan te lijnen. Zelf kun je ook nog proberen de hond de hond weg te jagen met je stem. Of wellicht luistert hij naar het commando zit, je doorbreekt dan zijn focus op het paard en hij is ook weer voor rede vatbaar. Natuurlijk zijn er hondeneigenaren, meestal van kleine hondjes die het stoer vinden als hun hond jouw paard wil gaan opjagen. Op het moment dat jij jouw paard steeds naar de hond draait zal de eigenaar er toch anders over gaan denken leert de ervaring.

Een puntje in de opleiding van je paard
In de opleiding van je paard is het goed om hem ook in contact te brengen met zaken die hij buiten het erf kan tegenkomen. Ga hem vooral niet weghouden van alles wat hij eng zou kunnen vinden, het resultaat zal dan zijn dat je uiteindelijk alleen nog in een stille dichte binnenbak kunt rijden. Confronteer hem met zaken en overwin obstakels samen. Jullie wederzijds vertrouwen groeit daardoor en zo kunnen jullie steeds grotere dingen overwinnen. Laat ook eens iemand met een hond meegaan naar stal of ga samen wandelen met paard en hond.

Op een rustige zomeravond was ik een keer aan het buitenrijden. Ineens kwamen uit een zijpad drie kleine hondjes gerend die druk om mijn paard heen stonden te blaffen. De man die bij de hondjes hoorde vond het maar stoer van zijn hondjes, vertelde hij ook nog trots aan zijn kleindochter die er bij liep. Vriendelijk heb ik hem gevraagd of hij zijn hondjes bij zich wilde houden, dat zo’n hondje niet bestand is van een trap van mijn paard. Mijn paard kent het spelletje van honden wegjagen en begon uit zichzelf al richting de hondjes te draaien. Doelbewust liep hij op de hondjes af. Op dat moment begon het te dagen bij de hondeneigenaar en begon hij met het vangen van zijn hondjes. Zoals verwacht luisterden ze niet, ze vonden het wel een leuk spel, niet beseffend dat zo’n paardenhoef best hard is. Uiteindelijk lukte het de man de hondjes te pakken en konden we verder met onze buitenrit.

Een hond uitzoeken, hoe ga je te werk?

Jullie zijn het er over eens, er komt een huisgenoot bij in de vorm van een hond! Leuk, het liefst wil je dan zo snel mogelijk je nieuwe maatje verwelkomen. Je gaat op zoek, maar waar let je eigenlijk op?

Deel I
Eerst beslis je wat voor hond je wil, wil je een pup of een herplaatser? Pups zijn leuk, je kunt alles zelf doen en ziet het hondje opgroeien. Een pup is ook veel werk, je moet ‘m alles leren en ze lijken wel oneindig veel energie te hebben. De meeste herplaatsers zijn al een paar maanden oud of jaar oud. Zindelijkheid is meestal geen probleem meer, basisvaardigheden zoals aan de lijn lopen kan hij ook meestal wel. Al zijn er natuurlijk ook honden die het slecht gehad hebben en niks geleerd hebben.

Welk ras/kruising kies je. Wil je sporten en veel wandelen, kies dan een actieve baasgerichte hond. Wil je knuffelen en wat wandelen kies dan een hondje uit de rasgroep van de gezelschapshonden. Heb je een ras op het oog check dan even de raseigenschappen, op internet is genoeg te vinden. Ga bij kruisingen maar uit van het slechtste van beide rassen, dan kan het alleen maar meevallen. Je kunt ook altijd iemand met verstand van honden benaderen om te vragen wat zij denken.

 

Deel II
Er zijn verschillende websites waar honden aangeboden worden,www.ikzoekbaas.nl, www.puppyplaats.nl, www.puppyplaats.nl en nog veel meer. Voor een rashond met stamboom is de rasvereniging van het gekozen ras de aangewezen instantie voor pupbemiddeling.

Je voorbereiding heb je gedaan, je zoektocht begint op het internet, dat staat vol met advertenties. Als je een hondje ziet google dan even het telefoonnummer wat er bij staat. (selecteren, rechtermuisknop en ‘met google zoeken’ aanklikken) Of kijk naar de overige advertenties van de adverteerder. Verkoopt zo iemand pups van meerdere rassen dan is de kans groot dat je met een broodfokker van doen hebt. Een broodfokker laat vaak teefjes onverantwoordelijk veel nestjes krijgen, wordt de teef niet meer dragend dan worden ze afgedankt. De huisvesting is vaak slecht, in een donkere schuur in vuile hokken. Soms komen de hondjes zelfs uit het oostblok waar ze veel te vroeg van hun moeder zijn weggehaald en naar Nederland zijn gehaald. Het aantrekkelijke is dat je snel een pup kunt gaan halen en de hondjes niet zo duur zijn. Met een beetje geluk krijg je een gezonde pup, de kans is echter groot dat je pup ziek is en dat je al begint met veel dierenartskosten. Met een beetje pech overlijd je pup zelfs. Dus wees kritisch waar je koopt. Ga je kijken bij een nestje dan is het normaal dat de moeder er ook bij is. Is die er niet bij koop daar dan liever geen hondje.

 

Deel III
Heb je een nestje gevonden met hondjes die je aanspreken ga dan bij voorkeur een keer kijken. Vraag na wat de fokker doet aan socialisatie, nemen ze pups mee ergens naartoe of zitten ze alleen in een hok. Pups moeten eea meemaken om makkelijk en zelfverzekerd te worden in verschillende situaties. Kijk hoe de moeder is, dat kan eea zeggen over het karakter van de pupjes. Maar ook of je haar te groot of te klein vindt. Alle pupjes zijn leuk en om te knuffelen, maar ook kleine lieve pupjes worden een volwassen hond.

Pups mogen wettelijk gezien het nest verlaten vanaf de leeftijd van 7 weken. Ze kunnen dan zelf eten en hebben eea aan hondentaal geleerd van de moeder. Vooral dat laatste moet je niet onderschatten, daar wordt de basis gelegd van zijn latere gedrag. Pups moeten gechipt en geënt zijn, dat moet vastgelegd zijn in een paspoort of entingsboekje. Het europees paspoort is voorzien van een seallaag op de bladzijde waar de chipgegevens en de naam van de hond staan. Alleen met dit paspoort (en de rabies enting) mag je pup later mee de grens over. Chippen moet bij de fokker gebeuren, die moet ook de pups eerst op zijn naam registreren, als je pup hebt opgehaald schrijf je de registratie over op je eigen naam. Vanaf 7 weken oud moeten pups te identificeren zijn dmv een chip.

Een cadeautje voor uw hond met de feestdagen?

20141113_100404Speciaal voor de feestdagen heeft Kompleetversvoerenzo cadeaupakketjes voor uw hond samengesteld. We hebben verschillende pakketjes, zo is er voor ieder wat wils. De pakketjes zijn samengesteld uit gedroogde snacks, een emmertje softsnacks of een Farm Food Antler. Uw hond hoort er helemaal bij met een eigen pakketje in z’n schoen of onder de kerstboom!

Het is natuurlijk ook mogelijk om uw eigen cadeaupakket samen te stellen, stuur ons een mailtje met uw wensen. Continue reading ‘Een cadeautje voor uw hond met de feestdagen?’ »

Hondenlosloopgebied en gedrag

Vanmiddag ging ik even in het bos wandelen met Luna & Balu. In een losloopgebied, even lekker vrij rondlopen daar waar het mag.
Naast het pad het bos in staat een bankje, daar zat een vrouw uit te rusten en even wat te eten. In mijn gedachten zie ik de een al tegen het bankje zijn poot optillen en de ander zie ik vertrekken met het lunchpakketje in haar bek. Om zulke taferelen te voorkomen roep ik ze dus bij me, ze kunnen best een stukje volgen. De vrouw bedankte me dat ik Luna & Balu bij me hield zodat ze rustig kon blijven zitten.
Ze zag dat wel eens anders gebeuren. Ze had dat nog niet gezegd of er parkeerde iemand op de parkeerplaats, gooide haar auto open en drie honden kwamen als idioten het bos ingestormd. De een klapte tegen mijn benen, ik had tenslotte net een schone broek aan. De ander dook op Balu en nummer drie sprong tegen de vrouw op het bankje aan. Mevrouw zei er wat van tegen de hondeneigenaresse, die werd boos en zei dat het losloopgebied was en dat de honden los mogen lopen daar.
Continue reading ‘Hondenlosloopgebied en gedrag’ »

Wat voer jij je hond eigenlijk?

Wat voer jij je hond of kat?
Weet je wat er in honden- of kattenvoer verwerkt wordt, de Keuringsdienst van waarde doet onderzoek.
Zie hoe transparant de diervoedingsindustrie is, absoluut niet dus.

Een alternatief voor brokken is het voeren van kvv of zelf samengestelde maaltijden. Een fabrikant van kvv liet de camera’s van de kvw wel toe in zijn productie. http://keuringsdienstvanwaarde.kro.nl/seizoenen/2014/afleveringen/23-10-2014

Bij www.Kompleetversvoerenzo.nl verkopen wij kvv en gedroogde snacks, je kunt in ieder geval zien wat je voert, etiketten zijn een stuk transparanter.

Nog een aanvulling:
Op voerwijzer.com wordt uitgelegd wat dierlijke bijproducten zijn die in hondenvoer verwerkt mogen worden. Er worden dus geen darmen gevuld met mest verwerkt in hondenvoer.

http://www.voerwijzer.com/dierlijke-bijproducten-hondenvoer-en-kattenvoer

Dominantie bij honden

Nieuwe inzichten over dominantie bij honden. Ja het bestaat, nee een hond is niet steeds bezig om hoger in rang te komen. Geen reden meer dus om je hond steeds te willen onderdrukken. Leiding geven en vertellen wat je van ze verwacht.

Quote van “Rond de hond” via Facebook:

Als gedragstherapeut vind ik het heel belangrijk om goed op de hoogte te blijven van de wetenschappelijke onderzoeken die gedaan worden op mijn vakgebied; de hond en alles daar omheen.Gisteren ben ik naar een studiedag bij de Universiteit Utrecht geweest. Het onderwerp was ‘dominantie bij de hond’.

Een beladen onderwerp; tot een aantal jaren geleden werd een heel groot deel van sociaal (of niet zo sociaal) hondengedrag verklaard vanuit de dominantietheorie; iedere hond probeert een leven lang de baas te worden en moet er dus zeer regelmatig aan herinnerd worden wie de baas is, desnoods met harde hand.De laatste jaren is er een stroming die van mening is dat dominantie bij honden niet voorkomt en al het gedrag dat daarmee samen lijkt te hangen op een andere manier te verklaren is. Dat de term ‘dominantie’ een door de mens bedachte reden is om een hond te onderdrukken of zelfs mishandelen.Intussen is er weer veel nieuw onderzoek op dit gebied, en zijn resultaten van oudere onderzoeken op een nieuwe manier bekeken. De uitkomsten daarvan werden gisteren door de wetenschappers zelf toegelicht.Heel kort: natuurlijk bestaat er een dominantie-hierarchie onder honden. Die is er namelijk in iedere groep sociaal samenlevende dieren, waaronder ook de mens. Zonder een bepaalde organisatie functioneert een groep gewoon niet.

Een hond of wolf is niet ‘dominant’. Dominantie zegt namelijk altijd iets over een bepaalde verhouding tussen twee of meer dieren. Net als het geen enkele betekenis heeft om te zeggen ‘ik ben groter’ heeft ‘die hond is dominant’ ook geen betekenis.
Pas als je twee honden hebt is één van de twee dominant. In een groep dieren kan je dan vervolgens kijken wie dominant is over wie. Daarna kan je een overzicht maken wie over alle dieren dominant is, en wie over niemand, en wat daar allemaal tussen zit. Deze organisatie in de groep noem je een dominantie-hierarchie.

Hoe die er precies uitziet is erg afhankelijk van de grootte en samenstelling van de groep, en de beschikbaarheid van bronnen, zoals voedsel.

Dat laatste geldt ook voor roedels wolven en verwilderde honden waar onderzoek naar gedaan is.

Dominantie tussen twee honden (dus ook bij onze huishonden) is betrouwbaar vast te stellen door een paar dingen: hoge houding bij de hogere rang (staart omhoog, oren naar voren, kin hoog), dit is dus de dominante hond; houdingsverlaging, brede lage kwispel, onder de kop doorlopen en bek aflikken bij de ranghogere, en gaan liggen of op de rug draaien door de hond met de lagere rang.

Al het andere gedrag zoals een poot op de andere hond leggen, agressie, rijden, noem maar op, is geen betrouwbare aanwijzing voor dominantie-verhoudingen.

De ’top-down’ signalen zijn dan weer minder betrouwbaar dan de ‘bottum-up’ signalen. Met andere woorden; het ontvangen van dominantie-erkenning zegt meer dan het afdwingen van onderdanigheid.

Soms is het erg lastig om te zien hoe het tussen twee honden zit omdat ze een stabiele relatie hebben en dus helemaal niet zo vaak hoeven laten zien wie de ranghogere is; dat is voor de honden allang duidelijk.

Dus nee, dominantie is geen vies woord, maar het heeft niets met onderdrukking of agressie te maken. En dat is eigenlijk de échte discussie die zo verhit gevoerd wordt; moet je je hond onderdrukken en lichamelijk op hem inwerken? Nee dus.

Wat betekent dit nu in de praktijk voor ons als hondenliefhebbers?

Je hond heeft leiding en sturing nodig om goed met hem samen te kunnen leven èn hem een gevoel van zekerheid en veiligheid te geven.

Máár respect en samenwerking moet je verdienen en kan je niet afdwingen!

Wat mij betreft een bevestiging van mijn eigen ideeën en manier van omgaan met honden.